Het vissersschip O.129 Amandine is definitief een beschermd monument. Dat meldt Vlaams minister voor Onroerend Erfgoed Matthias Diependaele, die het besluit daarover heeft ondertekend.

De O.129 Amandine werd in 1960 gebouwd op de Oostendse scheepswerf Panesi. Het schip, een zogenaamde middenslag-zijtreiler, was het laatste Belgische schip dat in de jaren 1990 visrechten had op de visgronden rond IJsland. Dat was meteen het eindpunt van een eeuwenlange traditie van de IJslandvaart, de bevissing van IJslandse visgronden. De Amandine, die dicht bij de Oostendse Visserskaai ligt, werd na de laatste vaart in 1995 omgevormd tot een museum.

De minister startte in november een procedure om het schip voorlopig te beschermen als monument vanwege “de historische, industrieel-archeologische en culturele waarde”. Die procedure is nu helemaal rond, en de Amandine is nu definitief een beschermd monument met overgangszone.

“De IJslandvaart was in onze contreien een traditie die eeuwenlang meeging. Vissers waren maanden van huis om daarna thuis te komen met ruimen vol vis. Met de opkomst van stoom- en nadien motorschepen werd de reis een stuk korter, het harde labeur aan boord bleef. De Amandine is het laatste Belgische schip dat visrechten had op de visgronden in IJsland”, aldus Diependaele. De bescherming van het schip moet er dan ook voor zorgen dat de geschiedenis en het leven van de IJslandvaarders niet verloren gaan. “De Amandine is vandaag een monument voor de vissers. Je kan er de geschiedenis van de visvangst en het leven van de vissers beleven.”